15 jan 2025

Traditie en innovatie gaan hand in hand op het JvO Amersfoort

Anderhalf jaar geleden startte het Johan van Oldenbarnevelt in Amersfoort met Catwise. Conrector
Daphne van Meurs, docent en mentor Marijke van Engen en leerling Ton kijken terug én
vooruit.

Catwise Jv O Amersfoort ©jaime Korbee Www.co Creator.nu 02

Op het Johan van Oldenbarnevelt, een categoraal gymnasium in Amersfoort, moet leerling Ton zich als een vis in het water voelen. Ton zit pas in de tweede klas en heeft weliswaar nog een groot deel van zijn middelbare schoolloopbaan voor zich. Maar zoals het er nu uitziet, weet Ton wel waar hij later verder in wil: geschiedenis. ‘Dat is echt mijn favoriete vak.’ En geschiedenis is er op het Johan van Oldenbarnevelt. Zo ging de naamgever er zelf in de zestiende eeuw naar school. En ook toen al was de school ouder dan de meeste scholen die Nederland rijk is. ‘Volgend jaar vieren we ons 650-jarig bestaan’, zegt conrector Daphne van Meurs niet zonder trots. ‘Waarschijnlijk is alleen het gymnasium in Dordrecht ouder. We zijn in 1376 opgericht als Latijnse School en de school van toen bestaat dus nog steeds.’

Urenlang

Met zoveel historie is Catwise, dat de school nu voor het tweede volledige jaar gaat gebruiken, een minor detail. Maar niet onbelangrijk, vindt Van Meurs. ‘Toen ik hier vijftien jaar geleden begon, gingen alle rapportenvergaderingen via hetzelfde stramien’, vertelt ze. ‘Je zat met veertig collega’s in een lokaal, het ging altijd over leerlingen die er niet goed voorstonden en de collega met het hoogste woord stak van wal en was dan ook het langst aan het woord. Het duurde urenlang en het vrat energie.’ Docent Nederlands Marijke van Engen, tevens mentor van klas 5 en 6, werkt pas vier jaar op het Johan van Oldenbarnevelt. Zij herkent Van Meurs’ beschrijving direct van een vorige school waar ze werkzaam was.


Vastleggen

Zo’n twaalf jaar geleden vond het team van het Johan van Oldenbarnevelt al dat het anders moest. ‘We wilden ook oog hebben voor de leerlingen met wie het wel goed ging en we zijn in kleinere groepjes bij elkaar gaan zitten, waarbij die groepjes geregeld ook van samenstelling wisselden’, zegt Van Meurs. ‘Maar de sessies waren niet heel effectief.’

‘Eerder zat je met veertig collega’s in een lokaal, het ging altijd over leerlingen die er niet goed voorstonden en de collega met het hoogste woord stak van wal en was dan ook het langst aan het woord. Het duurde urenlang en het vrat energie.’

Daphne van Meurs, conrector

De doorbraak kwam twee jaar geleden. ‘Onder druk van de onderwijsinspectie moet je als school steeds meer vastleggen. Heeft een leerling altijd een zeven gehaald en nu ineens een drie, dan moet dat vastgelegd en verantwoord worden.’ Van diverse kanten druppelden positieve ervaringen met Catwise bij Van Meurs binnen. ‘Tegen het einde van het schooljaar 2021 - 2022 zijn we daar met een gedeelte van de school mee begonnen.’ ‘Alleen de vijfde en de zesde zaten al te ver in hun examenprogramma, dat we hen erbuiten hebben gelaten’, zegt Van Engen. ‘Maar die doen nu ook gewoon mee.’

Resultaten

Van Engen vindt het mooi aan Catwise dat de aandacht voor de leerling veel verder gaat dan alleen resultaten. ‘Ik kreeg vorig jaar wel eens reacties van leerlingen. “Ik sta een voldoende voor dit vak, maar toch krijg ik een waarschuwend vingertje. Hoe zit dat?”. Als ik ze dan vertel dat dat te maken kan hebben met hun inzet in de klas en hoe dat hun eigen resultaten beïnvloedt of dat van klasgenoten, dan begrijpen ze het vaak wel.’ 

Betrokkenheid

Een positief effect van Catwise noemt Van Meurs de betrokkenheid. ‘Wij hadden bij onze ouders toch al niet te klagen over betrokkenheid, maar we zagen dat voorheen, bij de 7-minutengesprekken, niet altijd iedereen zich daarvoor inschreef. Nu, bij de driehoeksgesprekken, zien ouders veel meer de toegevoegde waarde en daar zijn we als school heel blij mee.’ Van Meurs weet wel dat er leerlingen zijn die in die gesprekken weinig te melden hebben over hun schoolwerk. ‘Dat is gewoon prima. Maar die hebben het dan met hun ouders en de mentor over hun welbevinden in de klas. En dat is ook waardevol.’

En dan zijn er ook nog leerlingen zoals Ton, die thuis honderduit vertellen over school. ‘Met de feedback die ik van mijn docenten heb gekregen, heb ik een plan van aanpak geschreven, dat ik vervolgens aan mijn ouders heb laten lezen. Toch is het dan ook goed om het vervolgens samen met de mentor te bespreken.’ 

Ik kreeg vorig jaar wel eens reacties van leerlingen. “Ik sta een voldoende voor dit vak, maar toch krijg ik een waarschuwend vingertje. Hoe zit dat?"

Marijke van Engen, docent en mentor

Van Engen sluit niet uit dat de animo voor de gesprekken door de jaren heen vooral bij de leerlingen zal afnemen. ‘Ik moet nog zien hoe leerlingen die er vorig jaar in de eerste mee zijn begonnen er straks in de vijfde tegenaan kijken. Zeker als het cijfermatig gewoon goed gaat. Vinden ze het dan ook nog de moeite waard om over hun welzijn of werkhouding te praten?’ Van Meurs snapt die twijfel wel, maar tegelijk ziet ze ook mogelijkheden voor de toekomst. ‘We willen dit jaar een start maken met het portfolio, waarin leerlingen bijvoorbeeld op het terrein van burgerschap voor zichzelf vastleggen waar ze mee bezig zijn. Dat zal straks ook iets zijn, wat ook in een driehoeksgesprek aan de orde kan komen.’

Vertrouwen

Leerling Ton Leijenaar laat het allemaal ontspannen en vol vertrouwen op zich afkomen. Hij zegt nog
steeds profijt te hebben van de feedback die hij vorig jaar kreeg bij vakken als wiskunde, Engels en
Latijn. Misschien wel het meest concreet uit zich dat bij het laatste vak. ‘Bij het stampen van rijtjes
deed ik eerder alles door elkaar, nu zit er wat meer structuur in. Ik begin met de rijtjes die helemaal
nieuw zijn en daarna doe ik de rijtjes nog eens waarvan ik zelf vind dat ik ze nog niet voldoende
beheers.’