Blijf met elkaar in gesprek op CSG Comenius Leeuwarden

Elianne herinnert zich het nog goed, die rapportvergadering drie jaar geleden. De ene leerling maakte zijn huiswerk niet goed, de andere lette niet goed op in de les en vervolgens ging het uitgebreid over een buurman van een leerling. Ze was er helemaal klaar mee.  

Jij vond dat het anders moest?

‘Ja, onze manier van vergaderen was gewoon niet effectief. Daarbij kregen de leerlingen en hun ouders niets mee van wat wij over hen bespraken. Het voelde niet nuttig voor mijzelf, maar vooral ook niet voor de leerling. Ik heb toen alle coaches van mijn leerjaar 3 bij elkaar geroepen. Eigenlijk werden we geen van allen blij van onze manier van vergaderen. Ik heb toen Catwise voorgesteld dat ik kort daarvoor in een mail had zien langskomen. We hebben daar samen naar gekeken en waren allemaal enthousiast. Daarop heb ik in een mail aan onze directeur alle voordelen voor de leerling op een rijtje gezet en hij was direct voor.’

Wat zijn dan die voordelen?

‘Dat leerlingen alles te horen krijgen over hun leerproces, wat er al goed gaat en op welke punten ze nog kunnen verbeteren. Eerder kregen ze daarvan maar een fractie te horen. Bovendien laat het ze zien hoe ze verbeteringen zelf in de hand hebben.’

De verandering ging met vallen en opstaan. Maar de resultaten waren desondanks veelbelovend en vormden de aanleiding om Catwise schoolbreed in te voeren. 

Elianne Eijkelenboom - Docent Geschiedenis

Hoe hebben jullie het instrument bij jullie op school ingevoerd?

‘We zijn begonnen met een pilot in klas 3, omdat ik daar coach was. Terugkijkend is die pilot wat rommelig verlopen, want uitgerekend toen ging ik met zwangerschapsverlof. Maar de resultaten waren desondanks veelbelovend en vormden de aanleiding om Catwise schoolbreed in te voeren. Dat ging ook weer met vallen en opstaan. Want hoe geef je nou effectieve feedback aan de leerling? Daarvoor hebben we met het hele team een cursus gevolgd.’

Wat hebben jullie geleerd van die cursus?

‘Je bent snel geneigd om tegen een leerling te zeggen dat hij goed zijn best doet. Maar dat betekent voor die leerling niet zoveel. Als je daarentegen bijvoorbeeld zegt “ik zie In de les dat je beter bent gaan opletten en daardoor merk ik dat je cijfers omhoog zijn gegaan”, dan weet de leerling waar ik het over heb. Hij kan er voor zijn plan van aanpak ook conclusies uit trekken en formuleren waar hij nog meer aan moet werken. Hoe concreter jouw feedback, hoe meer een leerling eraan heeft. Ik heb heel veel aan die cursus gehad en gebruik hem nog steeds als ik feedback geef.’ 

Merk je een verandering bij je leerlingen?

‘Ja, wat ik zie is dat ze allemaal zo veel mogelijk hoedjes, die staan voor excellent, willen halen. Een duimpje omhoog dat laat zien dat ze goed bezig zijn is voor de meesten niet goed genoeg. Dit houdt ze tegenwoordig meer bezig dan de drive om voor elk vak een 8 of een 9 te staan. Als doel is een hoog punt ook moeilijker te realiseren, terwijl zoveel mogelijk hoedjes veel laagdrempeliger is. Ook voor een vak dat je helemaal niet ligt, kun je toch een hoedje krijgen. En juist omdat leerlingen hier zo mee bezig zijn, vind ik dat wij als docenten zo goed mogelijk feedback moeten geven.’

Daarbij hoeven we het wiel niet helemaal zelf uit te vinden. We kunnen ook leren van andere scholen en met hun ervaringen kijken wat voor onszelf het best voelt.

Elianne Eijkelenboom - Docent Geschiedenis

Wat is je belangrijkste tip voor andere scholen die met dit instrument aan de slag willen?

‘Zorg dat alle neuzen dezelfde kant op staan. Dat valt nog lang niet mee en kost ook tijd. Als coach kan ik ieders feedback inzien en helaas zie ik hier en daar nog steeds knip-en-plakwerk. Uiteindelijk zitten we hier voor de leerling en die is gebaat zo goed en concreet mogelijk te horen waar hij staat.’

Wat is er nodig om alle neuzen dezelfde kant uit te krijgen?

‘Durven kiezen. Niet blijven hangen in de manier waarop je het altijd gedaan hebt, maar met oog voor de belangen van de leerling er helemaal voor gaan. En dat wil niet zeggen dat het meteen optimaal zal zijn. De eerste jaren zul je nog geregeld dingen moeten bijstellen. Daarbij hoeven we het wiel niet helemaal zelf uit te vinden. We kunnen ook leren van andere scholen en met hun ervaringen kijken wat voor onszelf het best voelt.’